Algemeen
Kinderdagverblijf Greumelke de verantwoordelijkheid voor de opvoeding en verzorging van kinderen die door de ouders aan het kinderdagverblijf worden toevertrouwd. Om deze verantwoordelijkheid te dragen ligt hier het pedagogisch beleidsplan. Dit pedagogisch beleidsplan is de manier voor de wijze waarop wij dagelijks met de kinderen omgaan en is bedoeld voor ouders en medewerkers.
Kinderopvang beschouwen wij als een professionele activiteit. Dit vraagt om goed opgeleide mensen.
De medewerkers zijn zich bewust van de pedagogische uitgangspunten van Kinderdagverblijf Greumelke en dragen deze uit naar kinderen en ouders. Zij beschikken over de vaardigheden die nodig zijn om de kinderen zowel individueel als in groepsverband te verzorgen en te begeleiden.
Alle leidsters hebben een pedagogische beroepsopleiding conform CAO kinderopvang gevolgd in het middelbaar of hoger beroepsonderwijs.
Ieder kind ontwikkelt zich en groeit in zijn eigen tempo.
De ontwikkeling van het kind is bepalend voor de behoefte van het kind en zijn belevingswereld.
Door de volle aandacht voor de specifieke behoefte die bij een bepaalde ontwikkelingsfase en leeftijd horen, kunnen de leidsters de kinderen optimaal begeleiden.
De beschreven werkwijze in dit pedagogisch beleidsplan is gericht op:
De behoeften van het kind centraal stellen.
Het creëren van een veilige plek voor kinderen en medewerkers.
Het kijken, luisteren en interactie met het kind om het welbevinden en ontwikkeling te volgen.
De differentiatie en verdieping in het activiteitenaanbod.
Pedagogisch beleid
Uit de visie op de ontwikkeling van kinderen vloeien de volgende uitgangspunten met betrekking tot het pedagogisch handelen in kinderdagverblijf Greumelke voort:
Het kind staat centraal dat wil zeggen dat hij of zij recht heeft op die individuele aandacht en wijze van behandeling die inspeelt op de behoeften, ontwikkelingsfase en belangstelling van het kind; Het creëren van een veilige plek voor kinderen en medewerkers; het kijken, luisteren en interactie met het kind en de differentiatie en verdieping in het activiteiten aanbod. Wij zijn ons bewust van onze voorbeeldfunctie.
Volwassenen hebben een voorbeeldfunctie in het leven van het kind. Het kind neemt onbewust gewoonten, normen en waarden over van de ouders en begeleiders. Zij, met wie het kind een band heeft, hebben op deze dingen invloed;
Elk kind heeft het recht om te mogen zijn zoals hij of zij is en te mogen voelen dat hij of zij gerespecteerd en geaccepteerd wordt, zoals hij of zij is; Wij zorgen ervoor dat het kind zich veilig, geborgen, gehoord en gezien voelt. Het kind weet waar hij aan toe is en dat hij in zijn eigen tempo, op zijn eigen manier de omgeving om zich heen mag verkennen. Een kind moet zich veilig voelen om zichzelf te kunnen ontwikkelen. Het kind wordt opgevangen in een vertrouwde omgeving, daarom werken wij met vaste pedagogische medewerkers. Het kind wordt opgevangen in een vertrouwde omgeving met vertrouwde relaties. Vanuit deze veilige basis kan het kind de wereld ontdekken. De pedagogische medewerkers hebben daarbij een positieve, ondersteunende houding. Ze zijn consequent en werken volgens een vast dagritme. Ze kijken naar wat het kind nodig heeft en gaan op een sensitieve manier met hun behoeften om. Het kind heeft aandacht, respect en voldoende rust nodig om zich veilig en geborgen te voelen
Wij werken met een vast dagritme. Er zijn vaste eet- drink en speelmomenten. De pedagogische medewerkers zijn in hun benadering duidelijk en voorspelbaar. De wereld om ons heen kent grenzen en regels, daarom stellen wij ook grenzen en regels. Indien het gedrag van een kind, onveilig, onaardig of ondeugend is, proberen wij dit gedrag om te buigen. Dit doen wij door het ongewenste gedrag te benoemen en het kind aan te spreken op het gedrag. Daarna geven wij het goed voorbeeld en ondersteunen dit met woorden en handelingen.
Een voorbeeld hiervan is: E en J spelen samen met de werkbank. L wil ook met de boormachines van de werkbank spelen maar dit mag niet van E en J. Wanneer de PM-er dit ziet gaat zij naar J en E. Zij praat met hen op ooghoogte. J en E, L wil ook graag met de boormachines en de werkbank spelen. Het is niet aardig dat jullie L wegsturen, daar wordt L verdrietig van. Vragen jullie aan L of ze mee komt spelen? Als de PM-er even later voorbij loopt, geeft ze de kinderen een compliment dat ze zo goed samen kunnen spelen.
Op deze manier worden J en E niet afgekeurd maar het gedrag. Daarbij geven we aan hoe ze situaties kunnen oplossen en belonen we het goede gedrag. Bij oudere kinderen zal de PM-er vragen hoe we problemen kunnen oplossen. Kinderen leren op deze manier ook om problemen zelf op te lossen.
Met sensitieve responsiviteit bedoelen we, dat pedagogische medewerkers warmte en veiligheid uitstralen naar het kind en de ouders. In hun gedrag zijn ze begripvol.
Als het kind 's morgens op het kinderdagverblijf wordt gebracht worden kind en ouder warm ontvangen door de pedagogische medewerker. Dit geeft het kind het gevoel dat het welkom is. Hierdoor krijgt de ouder het gevoel dat hij het kind gerust kan achterlaten. Het dagelijkse contact met de ouders zorgt ervoor dat er een vertrouwde relatie is tussen thuis en het dagverblijf. Bij het ophalen vertelt de pedagogische medewerker, hoe de dag van het kind is geweest. Wij geloven erin, dat goed contact met ouders zorgt voor een continuïteit in het leven van het kind.
In de begeleiding en interactie met het kind maakt de pedagogische medewerker oogcontact met het kind en communiceert op ooghoogte. Tijdens de interactie geeft ze het kind de ruimte om te reageren alvorens ze zelf reageert.
Tijdens vrij spel of een activiteit is de pedagogische medewerker toegankelijk voor het kind. Ze houdt contact met alle kinderen in de groep, door rond te kijken, oogcontact te maken en te praten met de kinderen. Op deze manier vangt ze de signalen en behoefte op van de kinderen. Ze probeert de emotionele behoefte van het kind zoveel mogelijk te benoemen. Dit doet ze door vragen te stellen en te wachten op de verbale en non-verbale reactie van het kind. Indien het kind nog geen woorden kan geven aan de emotie, zal ze dit benoemen. Op deze manier leert het kind zijn emoties woorden te geven.
In de interactie met het kind hanteert de pedagogische medewerker een rustige tonen stelt ze open vragen. Ze laat het kind merken dat het kind wordt gehoord door verbaal of non-verbaal te reageren op het kind. Ze herhaalt of vat samen wat het kind zegt en controleert of dat het juiste is.
Om het zelfvertrouwen van een kind te laten groeien en goed gedrag te belonen, complimenteert de pedagogische medewerker het kind regelmatig. Het compliment is concreet gericht op het gedrag of handeling van het kind en is individueel.
De pedagogische medewerkers praten de gehele dag met de kinderen. Ze ondersteunen met woorden. Hierdoor leert het kind niet alleen de taal, maar weet het kind wat er gaat gebeuren. Door de handelingen woorden te geven, worden de handelingen voorbeelden voor het kind.
Het kind dat zich veilig voelt, gaat op ontdekking uit. De wereld om hem heen wordt steeds groter en er valt veel te ontdekken. Wij bieden het kind uitdaging en geven het de ruimte om zelf keuzes te maken en op ontdekking te gaan. De pedagogische medewerkers benaderen de kinderen positief, waardoor het kind in staat wordt gesteld een positief zelfbeeld en persoonlijke competentie te ontwikkelen. Het kind ontdekt op deze manier dat hij gewaardeerd wordt en heel veel zelf kan.
Ieder kind mag zichzelf zijn. Op jonge leeftijd leert het kind zijn eigen voorkeuren kennen, eigen keuzes maken en langzamerhand zelfstandiger worden. Het kind ontwikkelt een eigen IK, die onderdeel uitmaakt van de groep. Een kind moet de ruimte krijgen om zijn eigenheid te ontwikkelen op zijn eigen manier. Dit ondersteunen wij door kinderen eigen keuzes te laten maken en deze te respecteren. Zo kunnen de kinderen zelf aangeven en bepalen waarmee zij willen spelen.
Het kind krijgt de ruimte om te proberen en te oefenen. Als het kind aan het oefenen is, kan en mag hij ook een fout maken. Dit is de basishouding van onze pedagogische medewerkers in het bevorderen van een positief zelfbeeld. Ze complimenteert het kind en moedigt aan hem om te oefenen met iets wat nog niet lukt. Ze helpt het kind op weg, Maar geeft hem ook de ruimte om dingen op een eigen manier op te lossen.
Bij baby's biedt de dagelijkse verzorgingsmomenten mogelijkheden om dingen te leren en ontdekken. De pedagogische medewerker zorgt ervoor, dat dagelijkse ervaringen extra waarde krijgen, Door ontwikkelingskansen te grijpen. Ze praat met het kind tijdens de verzorgingsmomenten, zingt liedjes voor het eten en drinken. Ze stimuleert oudere baby's zelfhapjes nemen om de oog-handcoördinatie te oefenen. Ze doet fantasiespelletjes en benoemt vormen, kleuren tijdens het eten, aankleden of opruimen.
Zelfvertrouwen van het kind groeit, wanneer hij positieve ervaringen op doet bij het ontdekken van zijn eigen mogelijkheden en de wereld om zich heen. In de dreumes en peuterfase gaat het kind steeds meer ondernemen en groeit de behoefte aan zelfstandigheid: De zelf doen fase. Wanneer het kind zelf aangeeft zelf iets te doen, moedigen wij dit aan. Wij stimuleren het kind zelf iets te doen, zodra hij daar aan toe is. Bv schoenen en jassen aandoen
De wereld ontdekken doe je door mee te doen en te helpen. Kinderen vinden het uitdagend als ze mogen helpen bij dagelijkse dingen, zoals afdrogen, bekers uitdelen, tafel dekken. Ook hierdoor groeit het zelfvertrouwen en krijgt het kind een positief zelfbeeld. "Kijk eens wat ik kan"
Wij hebben goed nagedacht over de inrichting van onze groepsruimte. Het kind wordt hier geprikkeld en uitgedaagd om spelenderwijs te leren en ontdekken. In de groepsruimte zijn er verschillende speelhoekjes. Op onze eigen buitenruimte kan het kind klimmen glijden, fietsen.
Dagelijks bieden wij activiteiten aan, die gericht zijn op het ontdekken en ervaren. De pedagogische medewerker biedt verschillende activiteiten aan die de ontwikkelingsgebieden (sociaal, cognitief en taalontwikkeling) stimuleren. Door verschillende activiteiten aan te bieden kan de pedagogische medewerker de interesse, behoefte signaleren en de ontwikkeling van het kind volgen.
Wij helpen kinderen hun sociale competentie te ontwikkelen, door hen bewust te laten zijn van elkaar en te zorgen dat zij allen deel uitmaken van de groep. We stimuleren samen spel, maar alleen spelen mag ook. Hierdoor oefent het kind in samenwerken, maar ook zelfstandig functioneren in een groep.
We besteden veel aandacht aan de sociale competentie, door ervoor te zorgen dat kinderen zich veilig voelen in en deel uitmaken van de groep. We betrekken kinderen bij de groep en bij elkaar, in het kringetje en tijdens gezamenlijke activiteiten.
Het kind beleeft veel plezier aan, het samen doen, volgens vaste patronen. Samen opruimen, bekers uitdelen, schoenen aantrekken. De pedagogische medewerker grijpt de kans bij deze dagelijkse momenten om kinderen attent te maken op elkaar, spelenderwijs te leren delen en elkaar te helpen.
Samen leven en spelen, betekent ook samen conflicten oplossen. Dit biedt dagelijks voldoende oefenmomenten. We grijpen in als we zien, dat de emotionele of fysieke veiligheid van kinderen in gevaar komt. In andere situaties geeft de pedagogische medewerker de ruimte om het zelf op te lossen. Als ze er samen niet uitkomen, dan helpt de pedagogische medewerker hen het conflict op te lossen. Daarbij vinden we het belangrijk, dat kinderen zich kunnen uiten en dat zij zich begrepen voelen.
Om het samenspelen en samenhorigheid te bevorderen, kiezen de pedagogische medewerkers bewust om een activiteit samen te doen. Bijv. samen een schilderij maken. Zo stimuleren de kinderen samen iets te maken en trots te zijn op de gezamenlijke prestatie. Baby's leggen we apart op de mat, zodat ze elkaar kunnen ontdekken en contact maken.
Het kind mag zoveel mogelijk zelf aangeven met wie hij iets wil doen. Als het kind zelf kiest met wie hij zelf wil spelen, kunnen er op jonge leeftijd al vriendschappen ontstaan. Dit gebeurt bij Greumelke zeer regelmatig.
We leren kinderen aandacht te hebben voor elkaar en sociaal attent te zijn. Bijvoorbeeld door 's-ochtends te starten met een liedje waarbij we om de beurt alle kinderen begroeten. Of door samen praten over wat een kind heeft meegemaakt. Als kinderen dat nog niet zelf kunnen, benoemen wij wat ze willen of voelen, zodat andere kinderen het kunnen begrijpen. Ook stimuleren we oudere kinderen jonge kinderen te helpen. Peuters kunnen elkaar al helpen bij het uit en aantrekken van schoenen en jassen.
Op het kinderdagverblijf vervullen wij een belangrijke rol in de opvoeding van het kind. Daarom hebben wij een belangrijke voorbeeldfunctie in het overdragen van waarden en normen. We leren het kind zorgvuldig om te gaan met zichzelf, elkaar en de omgeving. De kern hiervan is respect. Respect voor zichzelf en voor anderen en voor hun omgeving.
Lichamelijke verzorging vraagt respect van de volwassene voor de behoeftes van het kind. Het kind is eigenaar van zijn eigen lijf en mag daarin niet worden aangetast. Kinderen bepalen dus zelf of ze willen eten , drinken, plassen of poepen. We kunnen ze uitnodigen en verleiden om te doen wat goed voor hen is, maar nooit dwingen.
Ook hebben kinderen recht op privacy en respectvolle benadering en verzorging. In het overdragen van normen en waarden heeft de pedagogische medewerker een voorbeeldfunctie. Het kind leert van ons respect hebben voor elkaar, elkaar vriendelijk te benaderen en te helpen. Daarom is de pedagogische medewerker in haar benadering naar kinderen, ouders en collega's, altijd vriendelijk en respectvol . Niet dat kinderen uitgelachen worden. Ook praten we niet over hen maar met hen.
Omdat wij een kleinschalig kinderdagverblijf zijn, zijn de lijnen naar de ouders zeer kort. Is er "iets' bv met de ontwikkeling van een kind wordt dit eerst besproken met de pedagogische medewerkers. Dan neemt de mentor van het kind contact op met de ouders. De mentor van het kind bespreekt met de ouders het probleem, om vervolgens samen een beslissing te maken hoe hier mee om te gaan. De ouders geven de gevonden resultaten, bv, Er wordt door de PM-ers gesignaleerd dat een kind slecht hoort. Wij adviseren de ouders om met het kind naar het consultatiebureau te gaan. Hier vindt er een controle plaats en indien nodig wordt het kind doorverwezen naar een specialist. De ouders geven de gevonden resultaten door aan de PM-ers en meestal worden de resultaten van de specialisten (mits goedkeuring van de ouders) ook gedeeld met het KDV.
De pedagogische medewerkers kijken wel naar de brede ontwikkeling van een kind en wordt hierover gesproken onderling. Wij kunnen dan het activiteitenaanbod af stemmen op de groep of op de behoefte van de individuele kinderen. Bij de dagelijkse observaties ligt het accent op de verschillende ontwikkelingsgebieden. Bij de observaties kijken we naar de verschillende ontwikkelingsgebieden. Wij maken onderscheid tussen sociaal emotionele ontwikkeling, taal-en rekenontwikkeling en motorische ontwikkeling.
Het zit allemaal in ons hoofd maar we hebben het nog niet vastgelegd
Bij Greumelke speelt taal een belangrijke rol. Wij vinden het belangrijk dat een kind zich goed kan uitdrukken en zijn gevoelens en wat hij meemaakt goed onder woorden kan brengen.
Hoe doen wij dit: Van gewone gesprekken (ook tegen de baby's) tot hardop lezen, liedjes zingen, samen spelen waarbij we taal gebruiken.
Voorwerpen benoemen
We proberen hun zinnen van een woord uit te breiden bv een wagen, jij zegt dan daar komt een vuilniswagen.
Wanneer de pedagogische medewerker een stagnatie opvalt in de taalontwikkeling of articulatie van een kind niet "goed" vindt wordt er contact gelegd met de logopediste die verbonden is aan ons kinderdagverblijf. De mentor die verantwoordelijk is over het kind gaat een gesprek aan met de ouders en vraagt hier toestemming voor of de logopediste hem/haar mag observeren. Vervolgens vullen de ouders een vragenlijst in en de logopediste komt op het dagverblijf. Zij observeert het kind en haar bevindingen worden met ons besproken en de ouders worden door haar geïnformeerd.
Zijn er acties dan bespreekt de logopediste dit met de ouders en zij moeten dan contact opnemen bv met een privé logopediste.
De motorische ontwikkeling is het proces waarin een kind controle krijgt over de spieren en deze leert gebruiken. Vanaf de geboorte ontdekken baby's nieuwe bewegingen stap voor stap en meestal in een vaste volgorde. Als pedagogische medewerker kun jij de baby helpen zich veilig te ontwikkelen.
Kinderen die actief zijn gebruiken de vaardigheden snelheid, kracht, coördinatie, lenigheid en uithoudingsvermogen.
Het herhalen van bewegingen en gevarieerd bewegen stimuleert de motorische ontwikkeling. Bij de opvang zijn veel mogelijkheden om te bewegen, bv buiten spelen, stoeien, loopfietsen of spelen met een bal
Hoe doen wij dit: De pedagogische medewerker daagt het kind uit om steeds een stapje verder te komen. BV Een baby ligt op zijn rug. De pedagogische medewerker legt een speeltje naast hem. Ze observeert en ziet dan dat hij zich beweegt op zijn zij. De volgende keer kan hij weer een beetje verder. Ook stimuleren wij het lopen. Steeds kleine stukjes van de ene hand naar de andere hand. De meeste kinderen lopen met 18 maanden.
Merken wij een stagnatie in de motorische ontwikkeling gaat de mentor van dit kind een gesprek aan met de ouders en vraagt of zij dit ook herkennen. Er wordt dan geadviseerd om contact op te nemen met het consultatiebureau. Deze kijken verder en er wordt dan misschien een afspraak gemaakt met de fysiotherapeut. Soms komt de fysiotherapeut bij ons en krijgen wij tips om het kind verder te helpen in zijn ontwikkeling.
Hoe bevorderen wij de fijne motoriek:
Voorbeelden
Inkleuren van kleurplaten
Een kralenketting rijgen met dikke kralen
Kleien
Puzzelen
Zelf helpen bij het aankleden ( bv rits sluiten)
hand-oogcoördinatie oefenen ( puzzelen, plakken gooien van een bal
In Kinderdagverblijf Greumelke is er slechts sprake van 1 groep kinderen in de leeftijd van o tot 4 jaar, en daardoor ook een vaste groep leidsters. 4 vaste leidsters. Dit heeft als grote voordeel dat de kinderen niet steeds aan nieuwe gezichten hoeven te wennen.
We werken van maandag t/m vrijdag 7:30 tot 17:30.
Elke dag zijn er 10 kinderen en 2 leidsters op de groep. Hierbij maken we gebruik van de wettelijke kind ratio via onderstaande link:
https://www.1ratio.nl/bkr/#/rekentool
Wij nemen geen pauzes gezien we met 1 groep en 2 leidsters zijn. Gezien de veiligheid van de kinderen. Wij kiezen er daardoor voor om deel te nemen aan de eet momenten van de kinderen. Wij eten dan zelf ook, dit hoort ook bij onze visie van huiselijke sfeer.
Ook maken wij geen gebruik van de 3 uurs regeling, gezien (bijna) alle kinderen 10 uur per dag aanwezig zijn.
Onder geen enkele situatie werken wij met minder beroepskrachten, we zijn altijd met 2 personen aanwezig op de groep ook wegens het 4 ogen principe.
De keuze voor één verticale groep sluit het meest aan bij onze gehanteerde uitgangspunten en doelstellingen (Pedagogisch beleidsplan).
Het kind kan zich zo aansluiten bij de kinderen die in dezelfde levensfase en ontwikkelingsfase verkeren (of juist niet).
Ouders kunnen gebruik maken van een extra dag, mits er plek is. We maken alleen gebruik van hele dagen en geen dagdelen.
Er wordt indien nodig een dag aangevraagd, dit noteren we in de agenda en mocht er een afmelding zijn voor deze, nemen we contact op met de ouders, zodat ze het kind kunnen brengen. Ook hierbij houden we rekening met de BKR.
In overleg met de pedagogisch medewerk(st)ers en ouders worden voorafgaande de startdatum wen-uren afgesproken.
Deze vinden plaats van 9.00-11.00 uur tijdens deze wen-uren proberen wij het kind zich al veilig en vertrouwt te laten voelen binnen de groep.
Het goed op elkaar afstemmen van voedingsschema’s, slaapgewoontes en pedagogisch aanpak thuis en op de opvang biedt het kind structuur wat het wennen vergemakkelijkt.
Een kort en duidelijk afscheid van de ouders, biedt de meeste duidelijkheid voor het kind, waardoor het kind sneller went aan de nieuwe omgeving. Wij vinden het heel belangrijk dat de ouders tijdens het wennen wel bereikbaar zijn. Als ouders/verzorgers behoefte heeft om te informeren hoe her gaat dan kan er contact worden opgenomen.
Als de opvang niet meer nodig is, dienen de ouders dit een maand voor de laatste opvang dag via de mail op te zeggen. Zodra het kind naar de basisschool gaat, loopt de opvang bij Greumelke automatisch af.
De Kinderopvang gaat ervanuit dat ouders zelf een zorg en W.A verzekering hebben afgesloten.
Bij schade veroorzaakt door een Greumelke, worden in eerste instantie de ouders van dat Greumelke aansprakelijk gesteld.
Kinderopvang Greumelke heeft een ongevallenverzekering afgesloten.
In geval van schade of verlies van eigendommen van de kinderopvang buiten de openingstijden zijn de ouders hier verantwoordelijk voor.
Belangrijk! Indien het kind opgehaald wordt door iemand anders of iemand die wij niet kennen dan moet dit tijdig aangegeven worden.
Wanneer het kind door iemand anders wordt opgehaald die wij niet kennen, kan er wellicht een foto van deze persoon aan ons overhandigd worden.
Als er van tevoren niets aan ons door wordt gegeven, dan geven wij het kind niet mee aan derde.
Voor 9.00 uur dient de absentie van het kind doorgegeven te worden via app, telefonisch of via de mail. Wanneer er geen afmelding is ontvangen, nemen wij telefonisch contact (of via WhatsApp) op met ouders.
Op kinderopvang Greumelke wordt het zogeheten ‘vierogen beleid’ gehanteerd.
Het is belangrijk dat kinderopvang een veilige omgeving biedt.
Medewerk(st)ers van kinderdagverblijf Greumelke dienen te beschikken over een geldig VOG.
Mede werk(st)ers in de kinderopvang hebben een meldplicht bij aanwijzingen dat een collega geweld tegen een kind gebruikt Het vier ogenbeleid houdt in dat er altijd een andere volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met de beroepskracht.
Het vier ogenbeleid is bedoeld om de veiligheid in de kinderdagverblijven nog verder te vergroten.
Naast de voordeur hangt de sociale kaart
Kinderopvang Greumelke vindt het belangrijk dat ouders betrokken worden bij de opvang. Daarom heeft onze opvang een oudercommissie.
De Oudercommissie is een samenstelling van leden gekozen uit ouders van kinderen die geplaatst zijn bij Greumelke.
De oudercommissie is een schakel tussen het Kinderdagverblijf en de ouders.
Bij Greumelke heeft elk kind een eigen mentor, dit is een van de vaste medewerkers van de groep. Het kind is op oudere leeftijd ook bekend met de mentor, doordat zij met hem of haar in gesprek gaat. Tijdens de intake horen de ouders wie de mentor is. De mentor is het eerste aanspreekpunt voor ouders. Daarnaast is de mentor verantwoordelijk voor het observeren van de ontwikkeling van het kind en ook de overdracht aan de school te geven wanneer het kind 4 jaar wordt.
Alle kinderen worden nauwkeurig geobserveerd. Welbevinden van een kind vinden wij heel belangrijk. Een kind moet zich op z’n gemak voelen, is open, nieuwsgierig, levenslustig, tevreden, ontspannen, evenwichtig en heeft ook zelfvertrouwen.
Hoe evalueren wij dit met ouders:
Elke dag bespreken wij met de ouders hoe de dag verlopen is. Zijn er bijzonderheden? Wat ging goed? En waar moeten wij/jullie op letten?
Maken wij ons zorgen of de ouders, dan maakt de mentor een afspraak met de ouders en wordt over dit probleem gesproken. Deze gesprekken proberen we periodiek (rondom de verjaardag van het kind) te houden en wanneer wij/ouders dit nodig vinden, om hierover te praten. De lijnen zijn zeer kort. En wat de ‘uitslag’ ook is, dit wordt gelijk met de PM-ers gecommuniceerd.
Wij hebben nauw contact met de basisschool via de intern begeleidster. Wanneer wij iets te melden hebben wat de basisschool moet weten nemen wij contact op met de ib-ster van de school dit met toestemming van de ouders. Dit gesprek hebben we voorafgaand aan de wenochtenden van het kind aan de basisschool gedaan. Dit leggen we tot op heden nog niet schriftelijk vast, dit gebeurt mondeling. De ib-er van de basisschool legt dit wel vast. Het gesprek met de ouders gebeurt meestal door de mentor van het kind. De mentor heeft wel voorafgaand aan dit gesprek de andere pedagogische medewerkers op de hoogte gesteld over dit kind gesprek. We willen dat elk kind een goede start maakt op de basisschool.
Soms laat een kind opvallend gedrag zien of vraagt het extra aandacht en begeleiding. Ook kan het zijn dat ouders zich zorgen maken over hun kind. Kinderen worden door de pedagogische medewerkers geobserveerd. Indien er sprake is van opvallend gedrag of extra aandacht, zal de zorg als eerste gedeeld worden met de ouders. Samen met ouders wordt de aanpak besproken. Indien nodig kunnen we de pedagogische coach inschakelen voor advies.
Bij opvoedingsvragen of behoefte aan opvoedingsondersteuning adviseren we ouders contact op te nemen met een externe deskundige, bijv. de praktijkondersteuner van de huisarts, een logopediste, orthopedagoog, kinderfysiotherapeut of jeugdarts van het consultatiebureau. Ouders hebben de eerste verantwoordelijkheid voor hun kind. Wanneer ouders eventuele adviezen niet opvolgen en geen verdere stappen ondernemen, dienen wij dit te respecteren. Hierop is een uitzondering: Bij vermoeden van kindermishandeling wordt contact opgenomen met Veilig Thuis.
Bij KDV Greumelke werken we met een pedagogische coach die verantwoordelijk is voor de begeleiding van de pedagogische medewerkers en het signaleren van opvallend gedrag bij kinderen en hier in gesprek kan gaan met de pedagogische medewerkers. De pedagogische coach bezoekt regelmatig het kinderdagverblijf. De pedagogische coach kijkt mee op verschillende fronten van de pedagogische kwaliteit. Het pedagogisch handelen wordt in kaart gebracht d.m.v. observaties en gesprekken. Daarnaast is er aandacht voor de zorg- en opvoedvragen tijdens bijeenkomsten. Zij maakt van deze bijeenkomsten een verslag. Is er behoefte voor een 1 op 1 moment is dit ook mogelijk
Alle pedagogisch medewerkers zijn in het bezit van een erkend kinder-EHBO diploma. Er is minimaal één medewerker in het gebouw aanwezig die in het bezit is van een BHV-diploma en Kinder-EHBO diploma.
Op onze locatie ligt een ontruimingsplan. De telefoonlijsten staat in onze telefoon van Greumelke
In geval van een calamiteit gaat de telefoon mee, zodat de ouder(s)/verzorger(s) gebeld kunnen worden. Minimaal één keer per jaar vindt er een oefening plaats.
Regelmatig worden er foto’s of video-opnamen gemaakt tijdens verschillende gelegenheden, bijvoorbeeld tijdens verjaardagen, Kerstmis of Sinterklaas. Op het inschrijfformulier geven ouder(s) wel of niet toestemming hiervoor. Ouders geven toestemming dat de foto’s van hun kind op sociale-media geplaatst mogen worden (Website, Instagram).
Onze locatie krijgt jaarlijks een inspectiebezoek vanuit de GGD.
De locaties worden dan op tal van punten gecontroleerd. Hiervan wordt een inspectierapport opgesteld. Dit inspectierapport kunt u inzien via onze website.
In de huisregels voor de ouders wordt de ouders gevraagd zieke kinderen of kinderen die een besmettingsgevaar voor anderen kunnen zijn niet naar de kinderopvang te brengen.
Enerzijds omdat het personeel niet adequaat is opgeleid om zieke kinderen te verzorgen en omdat er onvoldoende tijd beschikbaar is voor het verzorgen van een ziek kind en om het welbevinden van het kind zelf, anderzijds omdat in geval van een besmettelijke ziekte het kind de andere kinderen en de leiding kan besmetten.
In geval van ziekte worden de ouders verzocht de kinderopvang hier altijd over te informeren.
Indien nodig, zullen wij bij besmettelijke ziektes contact opnemen met de GGD. Zo nodig zullen alle ouders hierover door ons geïnformeerd worden.
Op de kinderopvang zal informatie, welke van belang is voor de ouders, op worden gehangen zodat ouders hier alert op kunnen zijn bij hun eigen kind. Zaken zoals toedienen van medicatie en wat de groepsleiding doet als een kind ziek wordt op de groep, word met de ouders besproken.
Bij ziekte van uw kind wordt u geadviseerd het kind thuis te houden. Bijvoorbeeld bij een lichaamstemperatuur vanaf 38,5 graden.
Koorts is een reactie van het lichaam op een infectie. Ook hierbij beoordelen de leidsters hoe een kind zich voelt, of het mee kan doen in de groep en hoeveel aandacht en verzorging het nodig heeft.
Het kan ook zijn, dat uw kind op de kinderopvang zich ineens niet goed voelt of de lichaamstemperatuur 38,5 graden aangeeft, dan nemen wij met de ouders contact op.
Op het inschrijfformulier staat of de kinderen gevaccineerd zijn
Een kinderopvang organisatie is al verplicht om ieder jaar een klachtenverslag op te stellen. Hierin wordt opgenomen onder meer een korte beschrijving van het aantal en de aard van de schriftelijke klachten per locatie. Ook het aantal en de aard van de geschillen die zijn behandeld door de Geschillencommissie Kinderopvang, dient in het klachtenverslag beschreven te worden.
Een kinderopvangorganisatie hoeft vanaf 2017 over het voorgaande jaar geen klachtenverslag te maken als er in dat jaar bij deze organisatie geen schriftelijke klachten zijn ingediend.
Bij Greumelke hebben we 4 verschillende slaapruimtes die met een trap bereikbaar zijn. Twee ruimtes voor de baby's en twee voor de peuters en dreumes. De bedden worden 1x in de week verschoond om de hygiëne te waarborgen. Het ene kind gaat direct slapen terwijl het andere kind op zo'n moment meer aandacht nodig heeft. Bij het naar bed brengen houden de pedagogische medewerkers rekening met de kinderen.
De pedagogische medewerker houden toezicht op de slapende kinderen, d.m.v. een slaapwacht. ER is 1 pedagogisch medewerker aanwezig in de slaapkamer, zodat de kinderen rustig in slaap kunnen vallen. Zodra de kinderen slapen is er een babyfoon en camera aanwezig in de slaapkamer.
Op het KDV is er geen pauze.
We eten samen met de kinderen.
Er zijn altijd 2 leidsters aanwezig. Tenzij er meer kinderen onder het jaar aanwezig zijn, dan is het 1 op 3.
Het is een bewuste keuze om geen stagiaires aan te nemen.
We hebben in het verleden wel stagiaires gehad, hier ging vrij veel tijd in zitten. We zijn tot de conclusie gekomen dat we deze tijd nodig hebben om aan de kinderen te besteden.
Extra
In onze visie wordt ervan uitgegaan dat elk kind uniek is, dat wil zeggen dat elk kind zich ontwikkeld in zijn eigen tempo en binnen zijn eigen mogelijkheden.
In deze visie wordt het belangrijk gevonden uit te gaan van de behoeften en ontwikkeling van het individuele kind. Kortom het kind als persoon staat centraal.
Kinderen leren doordat de leidsters spelenderwijs ingaan op hun nieuwsgierigheid en door het activiteitenaanbod.
Vanaf het moment dat ze zich verstaanbaar kunnen maken, willen kinderen veel weten en vragen ze vaak ‘waarom?’.
Door vragenstellen word je wijzer.
Voor kinderen is het van belang te weten dat ze mogen vragen, dat ze mogen laten merken wat ze willen en wat ze willen weten.
De leidsters geven informatie, maar weten en kunnen ook niet alles.
Doordat de leidsters dit erkennen, leren de kinderen dat niet alles kan of bekend is.
Onder activiteiten wordt bijna alles verstaan wat de kinderen doen.
Dus niet alleen spelen of georganiseerde activiteiten, maar ook activiteiten gericht op de dagelijkse gang van zaken, zoals aankleden, naar het toilet gaan, eten en drinken, opruimen en dergelijke.
Ook wordt steeds samen op vaste tijdstippen het eten klaargezet, gegeten en de tafel opgeruimd.
Dit alles om het kind een duidelijke structuur en regelmaat te bieden en tevens zijn biologische klok en dagritme gezond te houden.
Het dagritme wordt afgewisseld door momenten van rust en activiteiten
We hebben je toestemming nodig om de vertalingen te laden
Om de inhoud van de website te vertalen gebruiken we een externe dienstverlener, die mogelijk gegevens over je activiteiten verzamelt. Lees het privacybeleid van de dienst en accepteer dit, om de vertalingen te bekijken.